Met dit paspoort konden zij bij elk kraampje een stempel en wat lekkers verdienen. Elk kraampje vertegenwoordigde een land. Met behulp van de taalkaart moesten ze een gesprek in een vreemde taal aangaan om zo een stempel in hun paspoort te verdienen. Er zijn gesprekken gevoerd in de meest, voor de kinderen, vreemde talen: Duits, Frans, Pools, Roemeens, Engels en nog veel meer.
Het was heel spannend om een gesprek aan te gaan met iemand die je niet kent, en die ook niet je eigen taal spreekt. In het begin was het wennen maar na een tijdje waren de kinderen vol enthousiasme en vonden ze het jammer dat de tijd zo snel voorbij was. Hier een korte impressie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten